• Eenvoudig inschrijven
  • Hoge slagingskans
  • 100% examengericht
  • Ervaren docenten
  • Binnen 1 dag je theorie
  • Klassikaal les
  • Unieke lesmethode
  • Snel CBR-examendatum

Auto Huiswerk

Het theorie-examen auto

  • Onderdeel 1 gevaarherkenning
    • Dit onderdeel bestaat uit 25 vragen (mag 12 fout)
  • Onderdeel 2 kennis
    • Dit onderdeel bestaat uit 12 vragen (mag 2 fout)
  • Onderdeel 3 inzicht
    • Dit onderdeel bestaat uit 28 vragen (mag 3 fout)

Geen ID = Geen examen

Algemene bepalingen verkeerswetgeving

Bepaling rijbevoegdheid en rijbewijzen

  • Met rijbewijs B mag je: auto + bromfiets en brommobiel besturen
  • Met rijbewijs B mag je 8 passagiers + jezelf vervoeren (9 totaal)
  • Rijbewijs is 10 jaar geldig dus NIET onbeperkt
  • Rijden met kopie van rijbewijs of kentekenbewijs is altijd verboden, moet goed leesbaar zijn
  • Rijverbod wordt opgelegd door de politie (geen enkel voertuig besturen) alleen lopen
  • Rijontzegging wordt opgelegd door de officier van je justitie (dan mag je nog wel fietsen)
  • Minimumleeftijd om te beginnen met leren rijden 16,5 jaar
  • Haal je je rijbewijs op 17 jaar dan ben je 7 jaar lang een beginnende bestuurder
  • Haal je je rijbewijs op 18 jaar of ouder dan ben je 5 jaar lang een Beginnende bestuurder
  • De verantwoordelijkheid ligt altijd aan de bestuurder en de eigenaar van de auto
  • De auto moet verzekerd zijn ook al gebruik je de auto niet.
    WA = verplicht (vergoedt alleen de schade van de tegenpartij)
    All-risk = alle risico (vergoedt eigen schade en van de tegenpartij)
    WA+Full Casco = alle risico (vergoedt eigen schade en van de tegenpartij)

Inrichting, belading en slepen van voertuig

  • Maximumlengte van personenauto = 12 meter
    Je mag sommige aanhangwagen trekken met een B rijbewijs
  • Aanhanger lichter 750 kg Wit kenteken
  • Aanhanger zwaarder dan 750 kg is geel kenteken(eigen kenteken)
  • Lading mag maximaal 1 meter uitsteken aan de achterzijde.
  • Is de lading meer dan 1 meter verplicht een markeringsbord plaatsen
  • De lading aan deze kant maximaal 20 cm uitsteken
  • De lading mag niet aan de voorkant uitsteken
  • De lading moet zo zijn vastgezet dat deze bij plotseling remmen op zijn plaats blijft
  • Losse lading zoals puin, bladeren, zand moeten voorzien zijn van een net
  • Vaste lading zoals koelkast, stam van een boom dien je vast te binden
  • Het trekken van een beladen aanhangwagen heeft invloed op verlichting van uw auto

Spiegels

  • Dode hoek
  • Zicht buitenspiegels
  • Zicht binnenspiegels

Dode hoek van een bus is groter dan van een auto

Techniek, onderhoud en controle van voertuigen

Dieselauto
De eerste APK-vindplaats na 3 jaar
Na 3 jaar elk jaar keuren

Benzine/elektrische
De eerste APK-vindplaats na 4 jaar
Daarna elke 2 jaar

Banden controleren voor aanvang van de rit
Bandenprofiel moet minimaal 1,6 mm bedragen (nooit minder dan 1,6)
Belangrijkste functie van het banden profiel is het snel afvoeren van water
Ventieldop (groen) zit stikstof in (kan beter tegen warmte en loopt minder snel leeg)

Winterband
Advies 4 mm (winterband is niet verplicht in nederland)
Te herkennen aan  de letters M+S of het sneeuwvlokje
Werkt het beste onder de 7 graden
Boven de 7 °C remweg 4 keer zo lang (zomer)

Bandenspanning

  • Laag Bandenspanning = meer brandstof rijdt niet lekker en slijt sneller
  • Hoog Bandenspanning = minder grip op de weg
  • Controle bandenspanning voor aanvang van de rit

Regelmatig controleren 1 keer per maand

Kentekencard

  • Voertuiggegevens
  • Maximumgewicht dat je mag trekken
  • Persoonsgegevens

Verplicht bij hebben net als rijbewijs

Gebruik gordels verplicht

  • Voor en achterin
  • Voor alle inzittende
  • moet strak op het lichaam
  • achterbank aantal gordels aantal personen
  • kind onder de 1,35 m moet kinderbeveiligingsmiddel hebben(Kinderzitje)
  • Vanaf 1.35 m Moet een kind een autogordel gebruiken (driepunt gordel)
  • kinderen of achteruitrijden of zwanger, altijd driepuntsgordel dragen
  • Vanaf 12 jaar is het kind Verantwoordelijk voor het dragen van de gordel
  • Autogordel mag niet los worden gemaakt zolang je in de auto zit

Hoofdsteun

  • Voor alle inzittende belangrijk (niet alleen voor bestuurder)
  • Moet gelijk zijn aan de bovenkant van het hoofd
  • Afstand tussen hoofd en de steun zo klein mogelijk

Als de gordel tegen de nek komt van kind, zittingverhoging gebruiken

Milieubewust en energiezuinig rijden

  • Tussen 2000 – 2500 toeren schakelen = zuinig
  • Lage toeren verbruik je minder brandstof
  • Hoge toeren verbruik je meer brandstof
  • Lage versnelling verbruik je meer brandstof
  • Hoge versnelling verbruik je minder brandstof
  • Rijden met open ramen verbruikt meer brandstof
  • Rijden met open ramen verbruikt meer brandstof
  • Brandstof kan worden verminderd door cruise control te gebruiken
  • Brandstof kan worden verminderd door de juiste bandenspanning
  • Rijden met skybox verbruikt meer brandstof omdat je auto zwaarder wordt en wind tegen krijgt.

Nooit de motor warm laten draaien

Risico’s in verband met toestand van de bestuurder

Medicijnen

  • Geel sticker = Dit geneesmiddel kan de rijvaardigheid beïnvloeden
  • Rode sticker = Dit geneesmiddel beïnvloed ALTIJD = (strafbaar)

Altijd de bijsluiter lezen, nooit de arts bellen

Gebruik van drugs/alcohol verlaagt je reactievermogen

  • Beginnende bestuurder 0,2 promille 88 mg
  • Ervaren bestuurder 0,5 promille 220 mg
  • Jenever heeft evenveel alcohol als bier en wijn
  • Niets helpt om sneller nuchter te worden
  • Je mag geen alcohol of drugstest weigeren
  • Een slokje heeft al invloed op rijvaardigheid
  • Als je hebt gedronken ben je ook niet meer verzekerd
  • Maximaal gevangenisstraf is 6 maanden

1 glas alcohol duurt 90 min om uit je bloed te gaan

Als je niet goed bent uitgerust is de reactie tijd meer dan 1 sec

Educatieve maatregel wordt door het CBR opgelegd

Risico’s in verband met de aanwezigheid en het gedrag van ander verkeer

Vrachtwagen

  • Ruimte geven (ook bij kruispunten)
  • Achter de vrachtauto invoegen
  • Groot verkeer gaat voor bij weg versmalling als het niet is geregeld

Motor

  • Smal dus zijn niet goed te zien je hoort ze wel maar ziet ze niet
  • Als er file is uitwijken, zodat ze tussen de file door kunnen rijden
  • Ze lopen risco door snelheid verschil en slecht zichtbaarheid

Bus

  • Binnen de bebouwde kom voorlaten gaan, buiten de bebouwde kom niet
  • Geld voor alle autobussen

Brommobiel

  • Kom je zowel binnen als buiten de bebouwde kom tegen op de rijbaan

Als je wordt ingehaald of een tegen ligger haalt in(gas los laten)
Volgafstand 2 seconde (ruimte tussen de voertuigen)
Voorbeeld snelheid 100 km per uur (100/2+5= 55 meter)

Reactietijd is 1 se (reactie van de bestuurder)

Centrifugale kracht = denk aan snelheid verhogen in de bocht

Anticiperen = ver vooruitkijken

Bestuurders mogen tijdens het rijden geen mobiel vasthouden

  • Niet bellen
  • Geen bericht lezen of versturen

Als je slecht hebt geslapen is de reactie tijd meer dan 1 sec

Handelen bij ongevallen en pech onderweg

De mens is de grootste veroorzaker van ongevallen 90 %

Vluchtstrook alleen bij nood

  • Zorg altijd voor je eigen veiligheid
  • Plaats van het ongeval beveiligen 
  • Nooit in de auto blijven zitten
  • sleutel achter laten in het contact
  • waarschuwingslichten gelijk aanzetten, anders gevarendriehoek

Iedereen die betrokken of getuigen is

  • Mag de plaats van het ongeval niet verlaten
  • Moeten zich legitimeren

Bij blikschade rij je verder naar een parkeerplaats
Bij pech plaats de auto op de vluchtstrook of in de berm
Plaats voor de bestuurder en passagier is achter de vangrail
De auto niet verplaatsen bij een ongeval, waar gewonden zijn betrokken
Je mag niet aan het slachtoffer aan komen die pijn heeft

Bloeding

  • Slachtoffer laten liggen niet aanraken
  • geen eten of drinken geven

Auto te water

  • Licht aanzetten
  • zijruit stuk slaan
  • Probeer de auto zo snel mogelijk te verlaten
  • Eerst je zelf redden dan passagiers

Veiligheidshamer

  • Rechts naast de stoel van de bestuurder
  • De zijruit inslaan bij de hoek
  • Gordel los snijden

Het alarmnummer is 112 

Voor laten gaan op kruispunten

Gelijkwaardig kruispunt

  • Bestuurders van rechts gaan voor
  • Recht doorgaand verkeer gaat voor afslaand verkeer
  • Rechts afslaan gaar voor links afslaand verkeer(korte gaat voor lange)

Gelijkwaardig betekent geen verkeerstekens of borden op het kruispunt

Ongelijkwaardig kruispunt

  • Haaientanden moeten voorrang verlenen een bestuurders op dwars weg
  • Rechtdoor gaande verkeer gaat voor afslaande verkeer
  • Korte bocht gaat voor lange bocht

1 gaat de fietser geen haaientanden 2 de voetganger(die gaat rechtdoor) 3 auto

Een uitrit in of uit rijden

  • Is een bijzonder manoeuvre
  • dus iedereen voor laten gaan

Voetganger, fietser en grijze auto gaan eerst

Onverhardeweg is gelijk aan haaientanden

  • Fietser gaat voor= bestuurder
  • Dus alleen voorrang verlenen aan bestuurders
  • Voetgangers zijn geen bestuurders

Alles wat een stuur heeft is een bestuurder

Tram

  • Op gelijkwaardig kruispunt gaat tram altijd voor
  • Maar niet als de tram borden of verkeerslichten die de voorrang regelen

Tram is geen motorvoertuig wel een bestuurder

Voor laten gaan van gehandicapten en voetgangers

Zwak verkeer (altijd voorlaten gaan)

  • Iemand met een blinde stok
  • iemand met 1 of 2 krukken
  • iemand met een rollator

Ze hebben altijd voorrang maakt niet uit waar op de weg

Voorrangsvoertuig

Te herkennen aan een blauw zwaailicht en een tweetonige sirene

  • Politie
  • Brandweer
  • Ambulance
  • Rijkswaterstaat

Ook als ze alleen optiesignalen voeren ook laten gaan

Militaire colonne

  • Is geen voorrangsvoertuig
  • Moet zich gewoon aan de regels houden
  • is de eerste geweest dan de rest laten gaan

Alleen doorkruisen voorrangsweg of kruispunt en bij invoegen

Rouwstoet

  • Is geen voorrangsvoertuig
  • Moet zich gewoon aan de regels houden
  • is de eerste geweest dan de rest laten gaan

Alleen doorkruisen voorrangweg of kruispunt en bij invoegen

Bus

  • Alleen voorlaten gaan bij weg rijden halte in de stad
  • Rijdt hij weg bij halte buiten de stad mag je door rijden
  • dit geld voor alle autobussen dus ook touringcar

Bus rijd weg van parkeerplaats binnen de stad niet laten gaan

Bijzondere manoeuvres

Zijn:

  • Parkeren
  • Wegrijden
  • omkeren
  • Achteruitrijden
  • In en uitvoegen op de snelweg
  • zijdelingse verplaatsing (rijstrook wisselen)

Belangrijk bij  manoeuvres

  • Moet kort van duur zijn
  • Geen gevaar of hinder veroorzaken

Alles en iedereen voor laten gaan

Plaats op de weg en voorsorteren

  • Zoveel mogelijk Rechts aan houden
  • Links afslaan, tegen de AS van de weg voorsorteren

Op een eenrichtingsweg geen tegenliggers uiterst links voorsorteren

De weg

  • Is alles bij elkaar 1,2,3 en de vluchtstrook
  • Op rij strook 3 is de kans op spoorvorming het grootst
  • Op rij strook 3 is de kans op aquaplaning het grootst

Bij file mag een motorrijder tussen de auto’s door rijden

  • Als de rijbaan bestaat uit meer dan 2 rijstroken
  • Alleen tussen de 2 meeste linkerrijstroken
  • Mag als de snelheid niet meer is dan 45 km/u
  • Motor mag niet meer dan 10 km sneller rijden dan de auto’s

Let op: Motor is beperkt zichtbaar en er is een hoog snelheidsverschil

Stilstaand verbod en de gele door getrokken stoep lijn

  • Mag helemaal niets dus doorrijden

Parkeerverbod en de gele onderbroekenlijn mag je stilstaan

Wat is stilstaan

  1. In en uitlaten stappen
  2. laden en lossen van goederen

Parkeren doen we 5 meter voor of na

  • Een Vop (zebrapad)
  • Kruispunt
  • Uitrit

 

Let op: Alleen inhalen als het veilig is